
Mijn man en ik hebben een huizenhoog probleem. Nu ja, misschien overdrijf ik hier wat, maar het gaat wel over ons huis en voorlopig krijgen we het ook niet opgelost. Gisteren nog stelde ik quasi achteloos voor contact op te nemen met de makers van “Ons huis, nieuw huis”, een televisieprogramma over koppels bij wie de verdeeldheid over de beslissing of ze in hun huis blijven wonen of zullen uitkijken naar een ander huis zo groot is dat ze externe hulp vragen. Een immobiliënmakelaar gaat voor hen op zoek naar een passend pand, terwijl een interieurarchitect met hun eigen huis aan de slag gaat. Het vertwijfelde koppel moet daarna kiezen voor hun eigen huis of een nieuw huis.
Mijn voorstel viel niet in goede aarde. Wat ik had kunnen weten, aangezien mijn man met enig misprijzen naar zulke programma’s kijkt. Hij zegt dat niet meer, maar ik merk het aan een bepaald trekje rond zijn rechtermondhoek. Ik moet dan gewoon wachten tot zijn oogleden zakken om weer volop te kunnen genieten van geslaagde renovaties of prachtige vondsten op de vastgoedmarkt.
Hiermee is ons probleem geschetst: we weten nog niet of we de volgende jaren blijven wonen in het huis dat we twintig jaar geleden lieten bouwen. Ons gezin bestond toen uit vijf personen: drie puberende zonen, mijn man en mij. Vandaar dat het huis nogal groot uitviel. Ik wou ook een licht huis, dus kwamen er grote raampartijen en deuren met glas in. De tuin lieten we aanleggen met vooral veel hagen, struiken en bloemen. Huis en tuin vind ik nog altijd mooi.
Maar goed, tijden veranderen en onze kinderen zijn al jaren de deur uit. Niemand van hen wil ooit in dit huis met tuin komen wonen vanwege te groot en te bewerkelijk. Ik vind het nu ook te groot en te bewerkelijk. Mijn man vindt van niet. Heel simpel, zegt hij. Voor het huishouden schakelen we hulp in, de tuin doe ik in mijn eentje tot het niet meer gaat, en dan komt er een tuinman. Bij dat “tot het niet meer gaat” zou ik kunnen stuiteren. Want hier zitten de grootste verschillen tussen ons. Hij lost de problemen op wanneer ze zich aandienen. Ik zie ze al van ver en wil ze voorblijven. Hij ziet nog een heel leven voor zich en ik leef al lang met het idee dat ik niet oud zal worden. Niet dat ik daar neerslachtig van word, het is gewoon zo dat je naar je ouders moet kijken om te weten hoe ver je eigen toekomst ongeveer reikt. Ik was op mijn zesenveertigste al wees, hij heeft zijn drieënnegentigjarige moeder nog. Zijn vader is ook over de negentig geraakt.
Mijn leven is dus veel korter dan dat van hem. Daarom zou ik het wonen graag geregeld zien. Liefst vandaag – en niet over tien jaar, zoals mijn man zich dat voorstelt. Ofwel gaan we ergens anders, kleiner wonen ofwel gaan we verbouwen en beneden wonen. Meestal stuit ik dan weer op het volgende probleem: waar wil ik wonen? In Lommel, schreeuwt de ene in mij (mijn sterrenbeeld is tweeling), daar kom ik vandaan, daar is alles nog altijd vertrouwd en kan ik mijn moedertaal spreken. Want stel je voor dat ik dement word, dan vergeet ik mijn tweede taal en verstaan ze me niet, hier in de DG. De andere in mij begint dan meteen tegen te stribbelen. Hier blijven, roept zij, in de buurt van de kinderen, maar dan in een kleiner huis met een kleinere tuin. Eventueel verbouwen, of we ruilen ons huis voor een appartement in Aken.
In principe vindt mijn man elk voorstel goed. In principe. Want het valt op dat hij overal bezwaren bij heeft. Onoplosbare bezwaren. Behalve als ik opper toch maar hier te blijven wonen. Dan weet hij perfect hoe we dat gaan doen: verbouwen naar gelang de behoefte. Als een van ons niet meer kan lopen, komt er een badkamer waar nu de garage is. En een bed krijgen we beneden ook wel ergens kwijt. Zo geflikt, ruimte genoeg, zegt hij, en wijst met grote gebaren naar links als hij rechts bedoelt.
Gelukkig kunnen we tijdens en na onze oeverloze discussies nog samen lachen. Ik durf dan ook te stellen: de toestand is hopeloos maar niet ernstig. We hebben nog altijd een gezamenlijk dak boven ons hoofd. Laat ons hopen dat dat nog lang mag blijven duren.

20 reacties op “Zo geflikt”
Vermakelijk om te lezen. 🙂
Maar een reëel en levendig☺ probleem dat zich bij meer stellen voordoet. Zie daar maar eens uit te komen….
Ik wens jullie succes!
LikeGeliked door 1 persoon
De meeste Belgen blijven lang in hun gezinswoning wonen, in Engeland en Duitsland is dat heel anders. Nederland weet ik zo niet. Zal hier ook wel met de hoge extra-kosten te maken hebben.
LikeGeliked door 1 persoon
Het valt ook echt niet mee!!! 🍷👍🤣
LikeGeliked door 1 persoon
We slaan er ons wel door😉!
LikeLike
Voor dat probleem hebben wij ook gestaan tot nonkel Pierre op zijn sterfbed tegen Jan zei “DOEN niet twijfelen tot het te laat is gelijk bij ons” hebben we gedaan en nooit spijt gehad!!!Kleiner wonen heeft zoveel voordelen en zeker als je ouder wordt!!! Groetjes Marie Jeanne
LikeGeliked door 1 persoon
Hartelijk bedankt voor je reactie – ik/we blijven nog wat nadenken😉
LikeLike
Heel groot wonen we niet. Desnoods een bed beneden moest het nodig worden, maar verhuizen, daar denken we niet aan.
LikeGeliked door 1 persoon
Zo heel erg groot wonen wij nu ook weer niet, toch niet naar Belgische normen. Omdat we in Duitsland hebben gewoond, daar ook familie en vrienden hebben, is mijn zicht op wonen wel veranderd.
LikeGeliked door 1 persoon
Beter op tijd, zodat je nog zelf kunt kiezen waar en hoe je wilt wonen… Zo dachten wij tenminste…hahaha!
LikeGeliked door 1 persoon
Ijzersterk argument!
LikeGeliked door 1 persoon
Doe er je voordeel mee! 😅
LikeGeliked door 1 persoon
Herkenbaar. Ik denk met enige regelmaat dat ik te groot woon, dat het tijd wordt om naar een kleiner appartement te verhuizen en dan het liefst in het oude vertrouwde Groningen. Ergens denk ik dat mannen niet erg van veranderingen houden, die van mij hield daar zeker niet van.
LikeGeliked door 1 persoon
Alweer denken we hetzelfde :-)Mijn man houdt ook niet van veranderingen. Het is toch goed zoals het is, zegt hij dan. Anders wordt niet beter.
Het feit dat we onze kinderen in Aken en de DG lieten opgroeien maakt het ook niet gemakkelijker.
Nu ja, komt tijd, komt raad.
LikeGeliked door 1 persoon
als ons Oostenrijkse appartement op de plek zou liggen waar we nu wonen wist ik het wel: gelijkvloers, ruim genoeg, van alle gemakken voorzien, groot terras, lift vanuit parkeergarage naar onze verdieping. Maar ik vind het wonen waar we nu (al bijna 35 jaar) wonen ook nog fijn: het uitzicht, de ruimte, de tuin …..
LikeGeliked door 1 persoon
Twee plekken waar je je thuis voelt. Ideaal toch?
LikeGeliked door 1 persoon
Jullie zijn natuurlijk niet de enige ‘ouderen’ die in zo’n discussie kunnen belanden. Dat is een bekend verschijnsel. En er zal ongetwijfeld een oplossing komen.
LikeGeliked door 1 persoon
Jammer dat jullie niet gaan meedoen aan Ons Huis/Nieuw Huis. Ik kijk met veel plezier naar al die programma’s over huizen en ik zou jullie daar graag in zien meespelen. 😉
LikeGeliked door 1 persoon
Mijn man gaat er niet voor te vinden zijn 😬
LikeGeliked door 1 persoon
Dat blijft jullie punt hé… ik ben ook voorstander om jullie te zien schitteren op tv. Want wat ik wel weet: dit leeft al lang!
Het was alleszins zalig om te lezen
LikeGeliked door 1 persoon
Dankjewel! Inderdaad, het probleem is niet nieuw. Het is gelukkig niet altijd even accuut.
LikeLike